De mennoniet David Möllinger verwierf in 1744 het complex Hauptstr. 34, later ook de aangrenzende boerderijen en andere landerijen in grote mate. Hij beoefende akkerbouw, waarbij hij door bemesting aanzienlijk bijdroeg aan de afschaffing van het drieslagstelsel. Hij hield varkens en had tot 40 vetstieren. Hij bedreef wijnbouw, destilleerde jenever en brouwde bier, dat hij in de kelder onder de "Villa Fliedner" opsloeg. Als erkende econoom werd hij hofleverancier van het graaflijke hof Leiningen-Dachsburg-Fallenberg. Vanwege zijn prestaties, die buiten de grenzen van Monsheim bekend waren, werd hij de "vader van de Pfaltz akkerbouw" genoemd. Tekst ontleend aan de dorpswandeling Monsheim met vriendelijke toestemming.
